Anticiperen

Vincent Ketting in zijn nieuwste column voor Bouwwereld

Ik woon sinds 3 jaar op het platteland in een redelijk nieuw huis, duurzaam (A+) en onderheid. Dat laatste was naast duurzaamheid een van de voorwaarden bij de zoektocht naar een nieuwe woning. Met deze gedachte hebben zijn we op zoek gegaan naar een recent gebouwde woning omdat deze vaak een betonpalenfundering hebben. Als er in onze vorige woning een trekker door de straat reed, slingerden de lampen aan het plafond. Het huis was flexibel genoeg dus had weinig te lijden… Wij hebben op onze nieuwe stek gelukkig geen last van trekkers in de straat.

Maar duurzaam? Dat is een groot deel van de oudere woningen in de omgeving zeker niet. Mijn buurman bijvoorbeeld heeft zijn woning 45 jaar geleden gekocht voor 7.500 gulden (hij had de helft van de vraagprijs geboden) en heeft er een mooie plek van gemaakt. Zijn huis is niet gebouwd volgens bouwbesluit en duurzaamheid was nog helemaal niet aan de orde toen het werd gebouwd ergens begin van de twintigste eeuw. Het enige dat hij doet is het in stand houden van de woning door het op tijd te schilderen en hout te vervangen als dit verrot is. Maar wat mijn buurman ook doet om zijn huis in stand te houden, is zijn fundering nat houden in tijden van droogte, zoals de afgelopen zomers. Dit doet hij door water uit de sloot onder zijn huis te pompen. Hij vreest namelijk dat door de lage waterstand in de polder zijn fundering kapot gaat. Iets waar nooit rekening mee is gehouden toen het huis werd gebouwd. Langere perioden van extreme droogte waren immers helemaal niet aan de orde. Zelfs nieuwbouwwijken op veenrijke ondergrond hebben last van ontwatering van de bodem. De zakkingen zijn in dat geval onomkeerbaar, mede een gevolg van klimaatverandering.

 

Nieuwe woningen worden uiteraard met een degelijke fundering gebouwd. Dat levert dus over het algemeen geen problemen op bij een lagere grondwaterstand. In tegenstelling tot het verleden is duurzaamheid is nu wel aan de orde. Er wordt bijvoorbeeld gasloos gebouwd. De regelgeving zorgt ervoor dat het klimaat in de woning goed is en dat je er comfortabel kunt wonen. Maar wat als je door de klimaatverandering rekening moet houden met hete droge zomers en natte winters? Want dat is toch wat er voorspeld wordt, als gevolg van klimaatverandering. Is bijvoorbeeld het huidige bouwbesluit daar al op ingericht? Of zijn de woningen over een aantal decennia alweer net zo incourant als ons oude huis of de woning van mijn buurman?

De impact die klimaatverandering – droge hete zomers en natte winters met veel stormen (orkaankracht) – heeft op de wijze waarop we woningen en steden bouwen moeten we volgens mij beter onderzoeken

Ik noem even als voorbeeld het fenomeen netcongestie. Daar hadden we een aantal jaren geleden nog niet van gehoord en daar is plotseling het probleem van een overvol elektriciteitsnet. Deels veroorzaakt door de enorme aantallen geplaatste zonnepanelen, het gasloos bouwen, de groeiende vraag naar aansluitingen, plaatsing van windmolens op zee. Het elektriciteitsnet dat is aangelegd na de Tweede Wereldoorlog, toen er nog rekening werd gehouden met het gebruik van aardgas, voldoet niet meer aan de huidige vraag (en teruglevering). Met de elektrificatie van Nederland blijkt het net te krap bemeten en kunnen in bijna heel Nederland geen bouwwerken van een aansluiting worden voorzien. De elektrificatie van Nederland komt niet uit de lucht vallen. Al jaren worden windmolens gebouwd en zonnepanelen geplaatst, maar netcongestie leek er toch ineens te zijn.

 

De verduurzaming van Nederland is een absolute noodzaak en we zijn gelukkig goed op weg. Maar de impact die klimaatverandering – droge hete zomers en natte winters met veel stormen (orkaankracht) – heeft op de wijze waarop we woningen en steden bouwen moeten we volgens mij beter onderzoeken, om te voorkomen dat we in de toekomst opgescheept zitten met incourante woningen, steden en infrastructuur. Er is wel aandacht voor, bijvoorbeeld Vereniging Eigen Huis geeft tips en adviezen aan (aanstaande) huiseigenaren over hoe om te gaan met de extremere weersomstandigheden. Misschien vraagt dit ook wel een aanpassing van het bouwbesluit, bouwmethodiek, financiering van vastgoed, impact op de opstalverzekering en moet er veel meer geïnvesteerd worden dan we denken.

 

Ik begrijp best dat het al een uitdaging is om überhaupt een woning – laat staan 900.000 – gebouwd te krijgen. Toch denk ik dat het goed is om nog veel meer te anticiperen op de gevolgen van klimaatverandering. Meer dan alleen het versterken en verhogen van de zee- en waterwering. 

 

 

Illustratie: Heidi Sairanen